Songtekst Do re mi door Paul de Leeuw




G=Grunter, Pu=Publiek, P=Paul, K=Koor, C=Cor, Ki=Kind, A=Adolf



P: Oh, wat zie ik daar? Wat zie ik daar? Ik zie zeven nukkige kindertjes. Hallo nukkige kindertjes.

Waarom nukken jullie? Warum Nuchten deinen kinder? Haben sie.. .Kunnen sie kein hollandisch

praten? Hehehe. Kunnen sie zingen?

K: Nee

P: Nein, aber willen sie lernen zingen?

K: ja

P:Salte ich das die kindern lernen? Ja? Is gut

K: Ja

P:Goed. Euh Cor, ze willen leren zingen. Heb jij een idee? Wat zeg je Cor? Heb je een idee?

Okee.

(MUZIEK BEGINT)

P: Ik weet niet wat je wilt hoor Cor. Vertel eens, wat heb je voor een idee?

C: Do-re-mi

P:Do-re-mi, oh wat leuk. Komt ook goed uit dat jullie zulke pakjes aanhebben,he.

Do

Laten we bij 't begin beginnen. Dat is steeds een goed begin. Als je leest dan begin je met...

K: A,B,C

P: Als je zingt dan begin je met do en re

K: Do en re?

P: (ZUCHTEND) do en re. En na die twee komt nummero drie, do-re-mi

K: Do-re-mi?

P: Do-re-mi-fa-sol-la-tie.

Cor, ze zijn te dom. OOOOHHHH,weet je iets makkelijkers Cor? Okee

(MUZIEK BEGINT)

P: Wat wil je dan? Wat wil je dan? Wat, ik begrijp het niet. Wat wil je dan? Oh, do-re-mi. Okee,

Bedankt.

Do, een doos waarop je een deksel doet,

Re, die vind je in het woud,

Mier, die steeds maar werken moet,

Fader, waar je veel van houdt,

Sal, ik zal hem dan maar wat,

La, die zit in een bureau,

Si, ik zie dan dit en dat

En dat brengt ons weer bij DO!!

K: Doos

P: Waarop je een deksel doet

K: Re

P: Die vind je in het woud

K: Mier

P: Die steeds maar werken moet

K: Fa

P: -der waar je veel van houdt

P+K: Sal, ik zal hem dan maar wat

La, die zit in een bureau

Sie, ik zie dan dit en dat

En dat brengt ons weer naar DO.

K: Doos, waarop je een deksel doet

Re, die vind je in het woud

Mier, die steeds maar werken moet

Fader, waar je veel van houdt

P+K: Sal, ik zal hem dan maar wat

La, die zit in een bureau

Si, ik zie dan dit en dat

En dat brengt ons weer naar do

Do- re-mi-fa-sol-la si-do, sol-do

(APPLAUS)

G: Maar Paul...

P: Dank u wel...

G: Paul, is dat n...

P: U kunt de service brief aanvragen bij.....

G: Is dat nou wat ze een liedje noemen?

P: Wat zeg je?

G: Is dat nou wat ze een liedje noemen. Do-re-mi-fa-sol? Wat bedoel je nou?

P: Nee, dat is nie wat ze een liedje noemen. Maar da's gewoon een beetje zingen, en dat vind ik al

belangrijk genoeg voor u. Maar als je een liedje wilt zingen... Wil je een liedje zingen Grunter?

G: Ja, tuurlijk

P: En jij ook Adolf?

A: Ja

P: Hehehe, okee, dan gaan we het als volgt doen. Kijk, opletten. Niet met je vingers zitten...

Do re mi fa sol zijn bepaalde, bepaalde dingen die je nodig hebt (BRABBELT WAT) de gereed-

schappen.

(BRABBELT WEER WAT)

Ah, ik zal het voordoen.

So-do-la-fa-mi-do-re

K: So-do-la-fa-mi-do-re

P: So-do-she-e-so-ke-leu

K: So-do-la-si-do-re-do

P: Nee, so-do, nee he Cor,da's nie goed

So-do-le-fa-kutje-smeur

K: So- do-la-si-do-re-do

P: Nee,nee,nee,nee, So,) (AAN PUBLIEK) jullie kunnen het wel he. So-do-la-vi-kutje-smeur

Pu: So-do-la-vi-kutje-smeur

P: Zo, jullie zijn kinderen, wij zijn volwassenen. Je moet naar ons luisteren.

So-do-la-vi-kutje-smeur

K: So-do-la-vi (Grunter komt er boven uit) kutje- smeur

P: Gooi 't er maar uit. Gooi 't in de groep.

Nu met z'n allen

P+K: So-do-la-fa-mi-do-re

So-do-la-si-do-re-do

G: Maar dat betekend toch helemaal niets.

P: Nee, dat betekend helemaal niks. Maar als je bijvoorbeeld leuke woordjes verzint voor euh, voor

die, die noten, dan krijg je een heel leuk liedje. Zal ik iets verzinnen?

Ja? Okee, doe ik dat.

Opletten, he.

Ken je goed je do-re-mi, zing je elke melodie



P: Nu jullie

K: Ken je goed je

Комментарии